Boek ‘Echte vrienden’ van Stine Jensen was in 2011 het kassakoopje een tijdens de Maand van de Filosofie. Dit essay is een persoonlijke verkenningstocht van Stine Jensen naar de jacht op en de handel in intiem kapitaal (voortbordurend op de definities van de filosoof Bordieu) in dit digitale tijdperk.
Intiem kapitaal bestaat uit persoonlijke informatie waarvan je wilt dat dit niet voor iedereen openbaar beschikbaar is. Maar tegenwoordig strooien we kwistig rond met ons intiem kapitaal en zetten daarmee ons privacy op het spel. Op internet belanden geen oude koeien meer in de sloot. Jensen onderscheidt drie domeinen: social media (Facebook), journalistiek (‘hoernalistiek’ van GeenStijl en PowNews) en overheid (WikiLeaks). Ze gebruikt daarbij actuele, persoonlijke voorbeelden.
Is social media alleen tijdsverspilling dat leidt tot concentratiegebrek en oppervlakkigheid, zoals ook Nicolas Carr beweert in zijn boek The Shallow. Maakt internet ons echt dommer? Waarom blijf ik dan actief? Omdat het plezierig is, informatief, sensationeel en soms ook nuttig.
Maar hoe ‘echt’ zijn onze Facebookvrienden en Tweeps, vraagt Jensen zich af? Iedereen is op de sociale netwerken een betere versie van zichzelf (een soort Second Life), we doen alleen maar leuk en aardig (de meeste dan). Maar probeer je in het ‘echte’ leven ook niet aardig gevonden worden? Wat zijn vrienden, wat zijn net-niet-echte vrienden? Aan de hand van verschillende filosofen legt Stine Jensen onze ambivalente omgang met ons intiem kapitaal bloot. Intiem kapitaal is handel voor de media geworden. En zeg nou zelf we houden van voyeurisme. Dat was vroeger ook al zo.
We zijn wel nieuwsgierig, niets menselijks is ons vreemd. We willen allemaal graag dat persoonlijke verhaal horen over een ‘vriend’, die bekende Nederlander, politici, maar als het om eigen intiem kapitaal gaat, willen we dit afschermen onder mom van privacy. Wat is nog privé als we onze persoonlijke informatie in een publieke ruimte (denk aan de telefoongesprekken in de trein) met iedereen delen. Jensen zegt dat privé niet veel met territorium te maken maar met regie. Je wilt zelf bepalen wie je toegang geeft tot je intiem kapitaal en willen daarin niet gecontroleerd worden. Ze constateert een afnemend vertrouwen, een toenemend wantrouwen waardoor onze omgang met intimiteit veranderd is.
Waarom verspreiden we toch al dat intieme kapitaal? Stine Jensen geeft hiervoor de volgende redenen:
- evolutionair (opgemerkt worden)
- sociologisch (bij een groep willen horen)
- psychologisch (contact, aandacht)
- emancipatoir (bevestiging vragen)
- recreatief (verstrooiing)
Wat is echt en onecht? Ik leef alleen een echt leven en daarin speelt social media nu een rol. Ik probeer zorgvuldig controle te houden over mijn intiem kapitaal. Ook ik schipper tussen anonimiteit en transparante vrijheid. Ik probeer zo oprecht mogelijk te zijn. Ik heb nog wel vertrouwen, dat is misschien wel een beetje naïef? Maar ik wil niet wantrouwend door het leven te gaan.
Wil je toch al je sporen op het internet wegwissen, dan bestaat er zoiets als Delete Me. Wil je nou toch lekker blijven facebooken, twitteren én bloggen dan kan je een digitaal testament maken, handig voor al je wachtwoorden.
Ik vond het een lekker vlot lezend boek, dat in begrijpelijke taal de dilemma’s rondom social media: ‘privé’ ‘publiek’ ‘echt’ ‘net-niet-echt’, in filosofisch perspectief plaatst. Het is goed om zo nu en dan bij de grenzen van het internet stil te staan.
Eerder gepubliceerd op 2beJAMmed 18 april 2011