Onlangs werd ik gevraagd om voor een managementteam in 15 minuten in het algemeen iets te vertellen over Blended Learning. Wat het is en wat dit betekent voor student, docent en organisatie. Ik vond het een lastige vraag omdat volgens mij de de invulling van het begrip ‘Blended Learning’ contextgevoelig is.
Onderwijskundigen als Wilfred Rubens en Barend Last hebben in bijdragen blended learning en verwante begrippen gedefinieerd. Voor een doorsnee docent betekent blended onderwijs gewoon de combinatie van face-to-face en online. Natuurlijk is het meer en verwijs ik daarom naar de definitie van SURF:
Blendend Learning is een mengvorm van face-to-face en ICT-gebaseerde onderwijsactiviteiten, leermaterialen en tools. Beide soorten leeractiviteiten maken een substantieel onderdeel uit van het onderwijs; idealiter versterken ze elkaar. Het doel is onderwijs te ontwikkelen dat gebruik maakt van ICT om effectief, efficiënt en flexibel leren mogelijk te maken, met een stijging van het leerrendement en de student/docenttevredenheid tot gevolg.
Het gaat dus om onderwijs verzorgen op verschillende locaties (zowel onderwijsgebouwen als campussen en online maar ook stageplaatsen), een variatie aan werkvormen en leermateriaal met inzet van leertechnologie. Het belangrijkste is dat ze elkaar versterken. Iets dat wij vormgeven in een golf:
Ik ben het met Barend eens dat je duidelijk moet hebben wat je bedoelt met containerbegrippen als blended learning. Dit kan wel afhankelijk van de context verschillend worden ingevuld.
Context is king
Daarom is het als academie belangrijk samen je visie op onderwijs en leren te bepalen. Het ontwerpen van blended onderwijs vindt ook plaats op meerdere niveaus: curriculumontwerp, module ontwerp, lesontwerp (Spinnenweb van Van den Akker). Daarbij is constructive alignment (het verbinden van leerdoelen/leeruitkomsten, de didactiek en de wijze van toetsen en beoordelen) essentieel.
Voor de academie betekent dit dat zij investeren in duurzaam professionaliseren van docenten op het gebied van blended onderwijs, maar ook dat zij hen faciliteren met onderwijskundige ontwerpersmedewerkers zodat (docenten en leidinggevende) ict-geletterd en digitaal didactisch bekwaam worden. Docenten zijn veelal wel op de hoogte van de relevante beroepsontwikkelingen, inzicht in de samenhang van het curriculum is ook voorwaardelijk voor het samen ontwerpen van een een studeerbare module/les. Ik heb de aanbevelingen van studenten Business Studies hierbij meegenomen.
Voor studenten betekent het dat zij moeten leren om blended en zelfgestuurd te leren . En dat zij het belang van social presence en common grounding voor (online) samenwerkend leren inzien.
Belangrijk bij veranderingen naar Blended Learning is het onderwijskundig leiderschap. In deze animatie van de website Leiders Onderwijs Innovatie uitgelegd hoe ingewikkeld en complex dat kan zijn.
Omdat de tijd beperkt was heb ik mijn slides voorzien van verdiepende bronnen en hulpmiddelen. Zie hier de presentatie die mijn verhaal ondersteunde.